In Nederland gaan er volgens marktonderzoeker GfK iedere maand nog 450.000 nieuwe mobiele telefoons over de toonbank. Dat is veel, gezien het feit dat gemiddeld iedere Nederlander al meer dan één telefoontoestel bezit. Consumenten blijven nieuwe toestellen aanschaffen vanwege verbeterde camera’s, meer opslagcapaciteit voor beeld en geluid en beter kleurenscherm. De hierboven beschreven Engelse praktijken zijn in Nederland nog geen gemeengoed, maar komen wel onze kant op.
Om mobiel te skypen of te googelen heeft de beller een apart toestel nodig, eentje die verbinding kan maken met een mobiel datanetwerk. Anders gezegd: de telefoon moet kunnen functioneren als een modem bij de computer. In 2006 beschikte zes procent van de nieuw verkochte mobieltjes in Nederland over de mogelijkheid contact te maken met een UMTS-netwerk. Dat is het laagste afzetpercentage van Europa.
UMTS Hsdpa uitgelegdIn de telecombranche kennen mobiele draadloze datanetwerken exotische namen als Gprs, Edge, UMTS en Hsdpa. In de basis betekenen ze allemaal hetzelfde: de consument kan via zijn telefoon of een insteekkaart voor de laptop mobiel internetten.
De verschillen:
GSM – datasnelheid 9,6 kilobit per seconde (Kbps): zeer lage snelheid, net voldoende om in hoge nood heel langzaam e-mail te kunnen zenden of ontvangen. Wordt amper gebruikt in Nederland.
Gprs – 52 Kbps: bouwt voort op GSM-technologie. De snelheid volstaat om een mobiel genomen foto te verzenden of een beltoon te downloaden.
Edge – 128 Kbps: wordt in Nederland alleen aangeboden door Telfort, is de snelle uitvoering van Gprs, wordt gezien als aanloop tot het snellere UMTS. De snelheid volstaat om ook korte filmpjes te downloaden.
Umts – 384 Kbps: niet meer gebaseerd op GSM-technologie, vergt vervanging van onderdelen van de mobiele infrastructuur. UMTS is IP-gebaseerd (net als alle internetcommunicatie) en is in snelheid te vergelijken met de allerlangzaamste adsl- en kabelabonnementen. Mogelijkheden: mobiel skypen, beeldtelefonie, langere films down- en uploaden of doorlopend een programma als MSN Messenger aan laten staan.
Hsdpa – 1,8 megabit per seconde – techniek is in ontwikkeling, klein bereik in Nederland, en staat heuse adsl- en kabelsnelheden toe. Binnen enkele jaren ontwikkelt de theoretische maximumsnelheid zich tot circa 7,2 Mbps.
Genoemde draadloze communicatietechnologieën zijn zowel in Nederland als daarbuiten goed te gebruiken. Buitenlandse aanbieders tuigen vergelijkbare netwerken op. Vooralsnog is het gebruik vanwege de tarieven overwegend weggelegd voor zakenlui.
Technieken als UMTS en Hsdpa zijn wezenlijk anders dan, bijvoorbeeld, Blutooth, Wibree en Wifi. Gprs, Edge, UMTS en Hsdpa (op termijn) zijn landelijk dekkende infrastructuren. Bluetooth en Wibree, bijvoorbeeld, maken communicatie tussen twee apparaten mogelijk die zich in elkaars directe omgeving bevinden. De afstand tussen twee UMTS-toestellen is in principe onbeperkt. Zo lang het toestel maar een werkende mast kan vinden, net als bij reguliere 06-telefonie.
Uit gegevens van het Antennebureau, onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken, blijkt er in Nederland nu zo’n 5.000 UMTS-masten actief zijn. In totaal zijn er 21.500 mastinstallaties voor GSM en UMTS.
Sommigen omschrijven het als ‘wifi op steroïden’. Vooralsnog zijn er amper zendmasten die mobiele Wimax ondersteunen, laat staan winkelschappen die volliggen met Wimax-toestellen. Dat kan de komende jaren veranderen als hardwarefabrikanten Wimax als een nieuwe markt onderkennen.
In Nederland beschikken kabelbedrijf Casema en telecomaanbieder Enertel/Worldmax over een Wimax-licentie. Chipfabrikant Intel investeert wereldwijd honderden miljoenen euro’s om de ontwikkeling van deze techniek te bespoedigen. Immers, Intel is ook een van de hoofdverantwoordelijken voor de snelle verbreiding van wifi. Die truc, die het bedrijf veel omzet opleverde, wil het voor Wimax herhalen.
Als Wimax op telefoon, laptops en in huishoudens beschikbaar komt, kan het op onderdelen een alternatief voor UMTS en diens snelle opvolger Hsdpa zijn. En waar concurrerende infrastructuren zijn, ontstaat prijsconcurrentie. De theorie luidt dat de consument de winnaar in dit geheel is, omdat hij meer keuze uit draadloze datacommunicatie krijgt tegen lagere prijzen.
Zorgen volksgezondheidDe aanleg van de mobiele datanetwerken door telecomaanbieders is de afgelopen jaren niet zonder slag of staat gegaan. Om te beginnen moesten de vijf bedrijven in Nederland gezamenlijk 2,7 miljard euro investeren om een frequentie te bemachtigen. Daarna moesten ze fors investeren in de op- en ombouw van bestaande GSM-masten. Immers, er moest nieuwe apparatuur en software geïnstalleerd worden om de nieuwe techniek mogelijk te maken.
Echter, sinds 2004 verzetten burgers in ruwweg 50 Nederlandse gemeentes zich tegen de plaatsing van de masten vanwege mogelijke gevaren voor de volksgezondheid van UMTS-straling. Een bekende actiesite is Stopumts. Burgers vragen zich af welke invloed de nieuwe stralingsbronnen op hun lichamelijke en geestelijke gesteldheid zal hebben. Tot juni 2006 was er geen helder antwoord op die vraag. In de zomer van 2006 echter publiceerde de Zwitserse wetenschappelijke onderzoeksinstelling het Institute of Pharmacology en Toxicology een onderzoeksverslag waaruit bleek dat de straling geen merkbaar effect heeft op het welzijn en eventuele andere gezondheidsfactoren. De Zwitsers konden echter niet vaststellen of en, zo ja welke, effecten de straling op lange termijn heeft.