Het antenneconvenant, waar afspraken instaan over plaatsen van vergunningsvrije antennes voor dekking van mobiele netwerken, verloopt eind 2019. Gemeenten moeten volgens VNG hun belangen bij het opstellen van dit convenant verdedigen omdat er straks fors meer antenne-opstelpunten nodig zijn vanwege 5G.
Ruimtelijke inpassing versus goede dekking
VNG hoopt dat gemeenten meedenken over hun eigen belangen in het nieuwe convenant, zo meldt de organisatie op de eigen website. In het nieuwe convenant wordt ook de komst van het 5G netwerk meegenomen, waarmee de snelheden van het mobiele netwerk drastisch omhoog zullen gaan. Een goede dekking bij dit netwerk vergt echter veel meer opstelpunten voor antennes in iedere gemeente dan momenteel het geval is. Het is daarom volgens VNG van belang dat er wordt nagedacht over ruimtelijke inpassing van de antennes. De afweging voor gemeenten bij het invullen van het convenant bestaat uit een goede dekking voor iedereen versus ruimtelijke inpassing.
Klankbordgroep
VNG heeft voor gemeenten een klankbordgroep opgericht en nodigt ze uit om hieraan deel te nemen. Het overleg van deze groep vindt voornamelijk via het online forum ROMnetwerk plaats. Een eerste versie van het convenant moet voor de zomer van 2019 afgerond zijn.
Het antenneconvenant 2010 verloopt eind 2019. Hierin staan afspraken hoe de overheid en de telecomsector in de praktijk invulling geven aan de zorgvuldige plaatsing van vergunningsvrije antennes voor dekking van mobiele netwerken. Denkt u mee over de gemeentelijke belangen in het nieuwe convenant?
Nieuw convenant
Met het aanstaande antenneconvenant wordt ook de komst van het 5G netwerk meegenomen. Met deze nieuwe generatie mobiele techniek gaan de snelheden van het mobiele netwerk drastisch omhoog. Om dit te bewerkstelligen zijn vele malen meer antenne opstelpunten in iedere gemeente nodig. Gemeenten zullen mogelijk meer dan nu belangen moeten gaan afwegen, zoals goede dekking voor iedereen versus ruimtelijke inpassing. Mede daarom kan voor uw gemeente het belang groot zijn om betrokken te zijn bij de totstandkoming van het nieuwe antenneconvenant.
Klankbordgroep
Om het gemeentelijk belang goed in het nieuwe convenant te borgen, richt de VNG een gemeentelijke klankbordgroep op en nodigt u als gemeente uit om hier aan deel te nemen. Het werk van de gemeentelijke klankbordgroep vindt vooral via het ROMnetwerk (online forum) plaats. De tijdsbesteding is ongeveer enkele uren per maand en het streven is om vóór de zomer van 2019 een eerste versie van het convenant klaar te hebben. De klankbordgroep levert input aan de VNG delegatie bij het overleg met het Rijk en de telecomsector.
BRUSSEL (ANP ) – De Europese Commissie neemt iets meer tijd voor haar onderzoek naar de plannen van T-Mobile Nederland om Tele2 Nederland over te nemen. De deadline is met vijf werkdagen naar achteren geschoven, waardoor de Europese Commissie nu uiterlijk op 16 november een oordeel moet hebben gevormd.
De voorgenomen overname werd eind vorig jaar aangekondigd. In juni maakte de Europese Commissie bekend een diepgaand onderzoek te beginnen. De commissie vreest dat er niet genoeg concurrentie overblijft op de Nederlandse telecommarkt waardoor klanten te maken kunnen krijgen met hogere tarieven, een beperkter aanbod en minder innovatie.
T-Mobile en Tele2 zijn de nummers drie en vier op de Nederlandse telecommarkt. Als zij samengaan zijn er nog maar drie telecomaanbieders met een eigen netwerk. De combinatie T-Mobile/Tele2 zou de nummer drie op de markt worden na marktleider KPN en VodafoneZiggo.
T-Mobile Nederland noemt de voorgenomen fusie met Tele2 een belangrijke stap. Op 2 mei hebben de bedrijven hun plannen formeel aangemeld bij de toezichthouder. Deze fusie wordt getoetst door de Europese Commissie, meldt een woordvoerder van het bedrijf, wegens de omvang. “De procedure begint officieel met de notificatie. De Commissie heeft nu vooraf gedefinieerde deadlines om de zaak te beoordelen en goed te keuren.”
T-Mobile en Tele2 willen hun activiteiten onderbrengen in een joint-venture. T-Mobile noemt dit een belangrijke stap om te zorgen dat er meer concurrentie komt in de Nederlandse markt en dat T-Mobile zijn positie als uitdager van het bestaande duopolie kan verbeteren. “Hier profiteren alle Nederlandse consumenten van.”
T-Mobile krijgt 75% in joint-venture
Deutsche Telekom en de Tele2 Groep hebben hun plan op 15 december 2017 aangekondigd. In de nog op te richten joint-venture krijgt Deutsche Telekom 75 procent. Tele2 krijgt 25 procent en een eenmalige vergoeding van EUR 190 miljoen. De combinatie heeft ongeveer 5 miljoen mobiele klanten en een omzet van EUR 2 miljard per jaar. Men verwacht synergieën te kunnen realiseren ter waarde van EUR 1 miljard (contante waarde).
De Nederlandse toezichthouder ACM meldde in een nieuwsbericht dat de Commissie de fusie beoordeelt, maar dat ACM en Commissie hierin gelijk optrekken. Brussel heeft een voorlopige deadline gezet van 12 juni voor een besluit over wat nu officieel een lopende zaak is. Het besluit kan ook eerder vallen, of leiden tot een diepgaand onderzoek.
De overheid overweegt om landelijk normen voor elektromagnetische velden (EMV) vast te leggen, meldt het Antennebureau. Dit is onderdeel van een grotere consultatie, namelijk die voor het Actieplan Digitale Connectiviteit. Belanghebbenden kunnen tot 12 april een reactie geven.
Op aanbevelen van de Europese Unie hanteert Nederland nu de blootstellingslimieten die in 1998 zijn vastgesteld door de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP), meldt het Antennebureau. Deze normen staan in het Antenneconvenant. Ook zijn ze opgenomen in de productnormen voor zendmasten en mobiele telefoons. De normen zijn echter niet omgezet in wetgeving.
Voor wat betreft specifiek elektromagnetische velden (EMV) wil EZK graag zoveel mogelijk zekerheid voor burgers dat de elektromagnetische velden van de antennes geen bedreiging vormen voor de gezondheid in de leefomgeving, ook als er sprake is van meerdere antennes in de directe omgeving (ook in het straatbeeld) als gevolg van de uitrol van “small cell” antennes (op lantaarnpalen, bushokjes, reclameobjecten,…), mailt een woordvoerder.
EZK wil voor operators graag duidelijkheid geven over het EMV-regime waaronder ze hun 5G netwerken, inclusief de small cells, uitrollen. Nu kan het beleid nog per gemeente verschillen. Zodra 5G beschikbaar is, gaan deze normen ook gelden voor de naar verwachting grote aantallen kleine antennes die bij zo’n netwerk horen.
Alle Europese landen hebben de aanbeveling van de Europese Commissie anders opgepakt. Sommige landen zijn strenger, zoals België. Binnen België is het Brussels Gewest zelfs nog strenger.
KPN heeft op meerdere locaties in Den Haag en Rotterdam een testnetwerk geactiveerd voor LTE-M, een netwerkstandaard voor IoT-toepassingen via LTE. In de loop van het eerste kwartaal wordt LTE-M landelijk uitgerold, als onderdeel van 4G. KPN noemt het complementair aan de diensten via GPRS (2G) en LoRa.
LTE-M is volgens KPN met name geschikt om apparaten op kostenefficiënte wijze met grote regelmaat data uit te laten wisselen. Met een bandbreedte tot 1 Mbps en een lage latency kan er snel worden gestuurd op toepassingen. Afhankelijk van gebruiksintensiteit is de maximale batterijduur ongeveer 5 jaar, waarbij KPN niet meldt wat voor batterijen er dan in gaan. Typische voorbeelden waar LTE-M voor geschikt is zijn slimme meters, wearables, mobiele betaalautomaten en bijvoorbeeld het registreren, volgen en beheren van bedrijfsmiddelen.
KPN is al een tijd bezig met LTE-M. De eerste testen werden al in 2016 afgerond. De technologie is gestandaardiseerd door 3GPP, maar er is altijd een testfase nodig om te kijken hoe het zich gedraagt in het netwerk en hoe stabiel het is. Pas daarna kan een operator opschalen van een handmatige geconfigureerd base station naar automatisch beheerde functies in het hele netwerk.
De industriegroep 3GPP heeft meerdere standaarden ontwikkeld voor Machine-to-Machine communicatie en Internet of Things. NB-IoT is een van de andere. LTE-M heeft een wat hogere data rate dan NB-IoT, waarmee het ook mogelijk is om VoLTE te draaien. Beschouwd vanuit de chipsets is Cat-1 een uitgeklede versie van een LTE-modem. Cat-0 is nog spaarzamer, maar minder ver in het proces van standaardisatie en commercialisatie.
Het ministerie van Economische Zaken wil de mogelijkheden in de 3,5 GHz-band verruimen, om de toepassingen van 4G en 5G meer ruimte te geven. Het spectrum tussen 3,4 GHz en 3,8 GHz is in principe beschikbaar voor mobiele communicatie en wordt ook al gebruikt voor mobiel internet.
Wel gelden er beperkingen, nodig om het gebruik door het Ministerie van Defensie in Burum te beschermen. EZ erkent dat deze beperkingen worden gezien als een drempel voor de grootschalige uitrol van 5G in Nederland. “We werken in samenwerking met onder meer het Ministerie van Defensie aan manieren om de bestaande gebruiksbeperkingen te verruimen”, meldt een woordvoerder. Eind dit jaar verschijnt de Nota Mobiele Communicatie met een nadere uitwerking van de vooruitzichten voor deze frequenties.
EZ studeert ook op de mogelijkheden voor de 700 MHz band, die nu nog vooral gebruikt wordt voor tv-doeleinden. Een deel wordt geveild voor mobiel internet, maar over het middenstuk moeten nog knopen worden doorgehakt. De nog te verschijnen Nota Omroepdistributie geeft daarover meer duidelijkheid.
Kritiek op Nota Mobiele Communicatie
Afgelopen januari kwam EZ met de publieke consultatie voor de Nota Mobiele Communicatie, als onderdeel van de eerder gepubliceerde Nota Frequentiebeleid 2016. De Nota Frequentiebeleid 2016 bevat de algemene doelstelling, uitgangspunten en prioriteiten voor het frequentiebeleid in de komende 5-10 jaar. De nota moet richtinggevend zijn voor (besluitvorming over) de bestemming, verdeling en het gebruik van frequentieruimte.
De Nota Mobiele Communicatie moet het beleidskader bieden voor de uitgifte van frequenties in de 700-, 1400- en 2100 MHz banden. Daarmee wordt volgens EZ de voorspelbaarheid van het uitgiftebeleid bevorderd. Vooral de vier mobiele operators met een eigen netwerk – KPN, T-Mobile, Vodafone, Tele2 – vielen over een aantal voorstellen en beperkingen, waarmee Nederland zich binnen Europa weg zou bewegen van het innovatiepad richting 5G. Daaronder het voornemen om 2×10 MHz-blokken uit de 2,1 GHz frequentieband niet te veilen, maar apart te houden voor andere toepassingen.
In maart stelden de vier operators dan ook dat er veel wijzigingen nodig waren om volop mee te kunnen gaan in de ontwikkeling van 4,5G en 5G. De in totaal 18 vooral negatieve reacties op de Nota waren voor EZ aanleiding om extra onderzoek te laten doen naar de plannen voor de volgende mobiele veiling in 2019. Dat onderzoek wordt voor de zomer verwacht.
bereikbaarheid 112 bij piekbelasting moet beter – Nationale Zorggids
Het opnemen en doorschakelen van 112-oproepen kent risico’s als veel mensen tegelijk naar het alarmnummer bellen. Ook zijn er nog steeds kwetsbaarheden in mobiele netwerken om de bereikbaarheid te waarborgen. Dat blijkt uit onderzoek naar de bereikbaarheid van meldkamers door de Inspectie Veiligheid en Justitie (IVenJ), de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en Agentschap Telecom (AT). Dit melden de inspecties.
Dit onderzoek laat, net als eerder inspectieonderzoek, opnieuw zien hoe kwetsbaar de inrichting van de 112-keten is. De Inspecties doen een aantal aanbevelingen aan de betrokken partijen om het systeem minder kwetsbaar te maken. De landelijke meldkamer moet zich beter voorbereiden op piekbelasting. Ook moeten met de regionale meldkamers heldere procedures en afspraken worden gemaakt voor het geval er opnieuw een verstoring plaatsvindt. Telecomaanbieders moeten verder voortvarender voorzieningen treffen om de bereikbaarheid van 112 (vast en mobiel) bij een langdurige stroomstoring te borgen.
De Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland vroeg om dit onderzoek na de stroomstoring op 17 januari 2017. Tijdens de piek aan oproepen tijdens de stroomstoring liep de wachttijd op zowel bij de landelijke 112-centrale als de Meldkamer Amsterdam-Amstelland (MKA). De wachttijd voor een oproep is in een geval opgelopen tot ruim 21 minuten. Bijna vierhonderd unieke oproepen hebben geen contact gehad met het alarmnummer. Zij zijn niet teruggebeld door de landelijke 112-centrale.
Ambulance Amsterdam heeft de situatie waarbij de beller totaal 21 minuten in de wacht stond, bij de IGZ gemeld en zelf onderzoek gedaan naar de niet aangenomen 112-melding waardoor geen ambulance-inzet plaatsvond. Er is niet voldaan aan de responstijdnorm. De IGZ heeft dit onderzoek (inclusief verbetermaatregelen) beoordeeld en de melding inmiddels afgesloten. De andere beller kreeg na drie minuten wachten bij de landelijke 112-centrale contact met de MKA. Deze ambulance was binnen de norm ter plaatse en er is daarom geen reden tot nader onderzoek.
Tijdens de stroomstoring was het 112-alarmnummer via de mobiele netwerken wel beschikbaar. Dit was het gevolg van een specifieke samenloop van omstandigheden zoals de beperkte duur van de stroomstoring, een drukbevolkt gebied met veel mobiele telecomvoorzieningen en werkende antenne-opstelpunten in de nabije omgeving. Deze opstelpunten hebben 112- oproepen overgenomen van uitgevallen antenne-opstelpunten. Het is de vraag of bij een langdurige stroomstoring deze bereikbaarheid nog steeds betrouwbaar is.
Elektromagnetische veldsterkten blijven onder de toegestane blootstellingslimieten
Agentschap Telecom heeft op 62 locaties in Nederland elektromagnetische veldsterktemetingen (EMV-metingen) uitgevoerd. Uit deze metingen is gebleken dat de veldsterkten ruim onder de toegestane blootstellingslimieten blijven.
Veranderingen in de antenne-infrastructuur: door de toenemende (maatschappelijke) vraag naar dekking en capaciteit voor draadloze telecommunicatie, plaatsen mobiele operators steeds meer antennes. Daarom heeft de Europese Commissie medio 2016 een voorstel ingediend voor één Europese Elektronische Communicatie Code.
Vanwege deze ontwikkelingen heeft Agentschap Telecom, vanaf de zomer 2016 EMV-metingen uitgevoerd.
Veldsterktemetingen: de metingen zijn uitgevoerd aan antennes die recent in gebruik zijn genomen en op locaties waar meerdere antennes in de buurt van burgers zijn opgesteld.
De hoogst gemeten veldsterkte is 4,1 volt per meter (V/m). De laagst geldende blootstellingslimiet voor EMV is 28 V/m. De gemeten veldsterkten liggen hier ruim onder.
Agentschap Telecom blijft meten: met het oog op de snelle technologische ontwikkelingen, de veranderingen in de antenne-infrastructuur en de vragen hierover èn over de EMV, blijft het agentschap jaarlijks EMV-metingen aan antennes uitvoeren.
De uitgewerkte meetresultaten en een analyse van deze meetresultaten kunt u in het onderzoeksrapport vinden op de website van Agentschap Telecom.