Tag archief: antennemast

ICNIRP actualiseert blootstellingslimieten voor 5G

De International Commission on Non‐Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) heeft nieuwe richtlijnen uitgebracht voor de bescherming van mensen die worden blootgesteld aan elektromagnetische velden. Dit is de eerste grote update sinds 1998 en hij is voor de 5G-technologieën die worden uitgerold, evenals AM- en DAB-radio, Wi-Fi, Bluetooth en andere mobiele standaarden zoals 3G en 4G, tot 300 GHz.

De ICNIRP-normen worden over de hele wereld gebruikt als referentie voor nationale regelgeving en de EU-aanbevelingen. Het werk van de onafhankelijke instantie is gebaseerd op jarenlang onderzoek en herziening van alle bekende beschikbare wetenschappelijke onderzoeken, evenals op een uitgebreid openbaar consultatieproces.
ICNIRP-voorzitter Eric van Rongen meldt dat de nieuwe richtlijnen passender zijn dan de 1998-richtlijnen voor de hogere frequenties die in de toekomst voor 5G zullen worden gebruikt. “We weten dat delen van de gemeenschap zich zorgen maken over de veiligheid van 5G en we hopen dat de bijgewerkte richtlijnen mensen op hun gemak zullen stellen”, zei hij.
De belangrijkste wijzigingen in de 2020-richtlijnen zijn blootstelling aan 5G voor frequenties boven 6 GHz. Deze omvatten de toevoeging van een beperking voor blootstelling aan het hele lichaam; de toevoeging van een beperking voor korte (minder dan 6 minuten) blootstellingen aan kleine delen van het lichaam; en de vermindering van de maximale blootstelling die is toegestaan over een klein deel van het lichaam.

Update voor > 6 GHz
Volgens Van Rongen waren de eerdere richtlijnen uit 1998 nog grotendeels toereikend, vanwege de conservatieve niveaus. “De nieuwe richtlijnen bieden echter betere en gedetailleerdere richtlijnen voor blootstelling, met name voor het hogere frequentiebereik, boven 6 GHz, wat van belang is voor 5G en toekomstige technologieën die deze hogere frequenties gebruiken. Het belangrijkste voor mensen om te onthouden is dat 5G technologieën zullen geen schade kunnen aanrichten als deze nieuwe richtlijnen worden nageleefd.”
Andere kleine wijzigingen in de richtlijnen zijn onder meer grotere transparantie om de logica en wetenschappelijke basis van de richtlijnen gemakkelijker te maken voor de gezondheidsbeschermingsgemeenschap; aanvullende middelen om de naleving van de richtlijnen te beoordelen; en een betere specificatie van hoe instanties gecompliceerde blootstellingsscenario’s kunnen beoordelen.
De volledige richtlijnen zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Health Physics en zijn te vinden op de ICNIRP-website.

Bron: telecompaper

Beëindiging van de huur voor een antenne-opstelplaats?

Beëindiging van de huur voor een antenne-opstelplaats: vergeet niet de ontruiming aan te zeggen!

Op veel daken van appartementencomplexen tref je ze aan maar ook op diverse kantoorgebouwen, antennes van telecomproviders. Doorgaans heeft de betrokken telecomprovider met de VvE, dan wel de eigenaar van het gebouw, een huurcontract gesloten voor het mogen plaatsen van de antenne-installatie op het dak, of in aan het gebouw.

In het huurrecht wordt de ruimte die wordt verhuurd voor het plaatsen van een dergelijke antenne-installatie aangemerkt als overig gebouwd onroerend goed in de zin van artikel 7:230a BW. Voor VvE’s en ander soort eigenaren is het van belang zich hiervan bewust te zijn en dan met name als de VvE/ eigenaar de huurovereenkomst van een opstelplaats voor een antenne-installatie wil beëindigen. Een dergelijke huurovereenkomst kan door opzegging eenvoudig worden beëindigd. De huurder heeft namelijk geen recht op huurbescherming. Wel komt de huurder van een antenne-opstelplaats in aanmerking voor ontruimingsbescherming. En hierin schuilt voor de VvE/ eigenaar een gevaar!

Bij de verhuur van antenne-opstelplaatsen is het belangrijk dat de VvE/ eigenaar zich bewust is van de ontruimingsbescherming die de huurder toekomt als de VvE/ eigenaar de huurovereenkomst met de telecomprovider wil opzeggen. Deze ontruimingsbescherming speelt overigens geen rol als (1) de huurder zelf de huurovereenkomst heeft opgezegd, (2) de huurder uitdrukkelijk in de huurbeëindiging heeft bewilligd of (3) de huurder veroordeeld is tot ontruiming omdat hij tekort is geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst (zie 7:230a lid 2 BW).

Waarom moet de VvE/ eigenaar goed opletten als de huurovereenkomst wordt opgezegd?
Naast het opzeggen van de huurovereenkomst tegen een bepaalde datum, is namelijk ook vereist dat de ontruiming schriftelijk en ondubbelzinnig aan de huurder wordt aangezegd. In de praktijk komt het regelmatig voor dat wordt vergeten om de ontruiming aan te zeggen. Dit leidt tot problemen als de huurder niet van plan is om te vertrekken. De huurder is namelijk niet verplicht om het gehuurde onmiddellijk bij het einde van de huurovereenkomst te ontruimen. Vanaf de datum waartegen de ontruiming is aangezegd, begint namelijk een in de wet vastgestelde termijn van twee maanden voor de ontruimingsbescherming van de huurder te lopen. In deze twee maanden kan de huurder het gehuurde nog blijven gebruiken en is huurder niet verplicht om tot ontruiming over te gaan. Als de huurder het gehuurde nog langer wil gebruiken, moet binnen voornoemde termijn van twee maanden een verzoek tot verlenging van die ontruimingsbescherming door de huurder worden ingediend bij de kantonrechter. Zolang de verhuurder de ontruiming niet of onvoldoende duidelijk heeft aangezegd, is de huurder niet verplicht om tot ontruiming over te gaan. Als gevolg hiervan kan de verhuurder zolang de ontruiming door hem niet is aangezegd (en de huurder blijft zitten), in rechte geen ontruiming door de huurder afdwingen.
Naar aanleiding van een verzoek tot verlenging van de ontruimingsbescherming, wordt door de kantonrechter een belangenafweging gemaakt. Met andere woorden de kantonrechter weegt de belangen van de huurder bij voortzetting van het gebruik af tegen de belangen van verhuurder bij ontruiming door de huurder. Zaken die bij de belangenafweging een rol (kunnen) spelen zijn onder meer de beschikbaarheid of het voldoende hebben gezocht naar een alternatieve locatie, investeringen die door de huurder zijn gedaan, de in acht genomen opzegtermijn, een eventuele verkoopwens of wens tot wederverhuur van verhuurder etc.

In praktijk komt het voor dat VvE’s/ eigenaren de huurovereenkomsten met telecomproviders willen beëindigen vanwege een angst voor de straling. Het is echter niet onomstotelijk bewezen dat de straling schadelijk is. In de rechtspraak wordt een angst voor straling bij leden van de VvE/ eigenaar in ieder geval als onvoldoende zwaarwegend belang aangemerkt ten opzichte van het belang van een telecomprovider (huurder) om het gebruik van de antenne-opstelplaats voort te zetten zolang de telecomprovider nog geen alternatieve locatie heeft kunnen vinden. Een verzoek tot verlenging van de ontruimingsbescherming wordt in ieder geval afgewezen als (1) de huurder onbehoorlijk gebruik maakt van het gehuurde, (2) de huurder ernstige overlast veroorzaakt of (3) sprake is van wanbetaling aan de zijde van de huurder. Als sprake is van een van de drie hiervoor genoemde omstandigheden kan van de verhuurder niet worden verwacht dat het gebruik van het gehuurde door huurder voortgezet.
Als de kantonrechter de belangen van de huurder bij voortzetting van het gebruik zwaarder vindt wegen dan de belangen van verhuurder bij beëindiging van het gebruik, wordt de ontruimingstermijn met een jaar verlengd, te rekenen vanaf de einddatum van de huurovereenkomst. Dit kan een andere datum zijn dan de datum waartegen de ontruiming is aangezegd. De huurder kan vervolgens nog maximaal twee keer een verzoek doen tot verlenging van de ontruimingstermijn met een jaar. Deze verzoeken dienen door de huurder steeds één maand voor het verstrijken van de termijn te worden gedaan. Als een VvE/ eigenaar dus niet goed opzegt, kan de VvE/ eigenaar nog zeker drie jaar aan de huurder vastzitten.

Conclusie
Kortom, als de VvE/ eigenaar een huurovereenkomst voor een opstelplaats voor een antenne-installatie wil beëindigen, is het van zeer groot belang dat naast opzegging van de huurovereenkomst ook schriftelijk en ondubbelzinnig de ontruiming wordt aangezegd. Dit geldt ook voor huurovereenkomsten die voor bepaalde tijd zijn aangegaan. Doet de VvE/ eigenaar dit niet of is de opzeggingsbrief niet duidelijk genoeg, dan loopt de VvE/ eigenaar het risico dat ze nog geruime tijd aan de telecomprovider vast zit.

Het 3G-netwerk van VodafoneZiggo moet eind februari volledig uitgeschakeld zijn

3G verdwijnt langzaam. Het 3G-netwerk van VodafoneZiggo moet eind februari volledig uitgeschakeld zijn. Ook KPN heeft het voornemen om vanaf 2022 te stoppen met het 3G-netwerk. T-Mobile heeft nog geen concrete plannen, maar ook die provider sluit niet uit dat 3G op termijn verdwijnt. Vijf vragen over het uitschakelen van 3G.

Waarom wordt het 3G-netwerk uitgeschakeld?

VodafoneZiggo wil meer capaciteit beschikbaar maken voor het 4G-netwerk. Volgens de provider is extra capaciteit nodig vanwege het “snel stijgende dataverbruik van klanten op het 4G-netwerk”. Omdat het grootste deel van de klanten gebruikmaakt van 4G, is het volgens de provider efficiënter om de 3G-frequentieruimte hiervoor vrij te maken.

Wat als er ergens geen 4G beschikbaar is?

Vodafone- en KPN-klanten met een 3G-abonnement of -telefoon kunnen te maken krijgen met de situatie dat zij geen 4G-dekking hebben. Bij beide providers geldt dat met name op de Veluwe, Terschelling en andere Waddeneilanden geen 4G-internet beschikbaar is. Bekijk de dekkingskaarten van Vodafone en KPN voor de exacte situatie.

“Mocht ergens onverhoopt geen 4G-dekking zijn, dan kunnen mobiele data straks alleen verstuurd worden via lage snelheid (2G, red.) of via wifi (in de trein, red.)”, laat René Loman van VodafoneZiggo weten.

2G, 3G, 5G: wat is ook alweer wat?
1G: De eerste generatie voor mobiele communicatie. Deze generatie was nog analoog: datacommunicatie was nog niet mogelijk.
2G: Het eerste digitale gsm-netwerk. Gebruikers kunnen op dit netwerk bellen, sms’jes versturen en met lage snelheid internetten.
3G: Kan gebruikt worden voor bellen, sms’en en het versturen van grotere databestanden. Ook kunnen gebruikers hierop mobiel internetten met een hogere netwerksnelheid dan bij 2G.
4G: Voornamelijk gericht op dataverkeer en biedt downloadsnelheden van rond de 100 Mbps.
5G: Nieuwe technologie, nog niet beschibkaar. 5G moet nog sneller mobiel internet bieden dan 4G.

Hoe weet ik of mijn telefoon 4G ondersteunt?

Telefoons van voor 2013 ondersteunen vaak geen 4G. Een manier waarop je kunt checken of je telefoon wel of geen 4G ondersteunt, is door je wifi tijdelijk uit te schakelen, zodat je telefoon verbindt met het mobiele netwerk. Staat er 4G of LTE boven in je telefoonscherm? Dan ondersteunt je telefoon 4G.

Verschijnt er GPRS, 2G of 3G? Dan ondersteunt je telefoon of je simkaart geen 4G, of heb je 4G uit staan in de instellingen van je telefoon. Je moet natuurlijk ook een abonnement met 4G-ondersteuning hebben.

Wat moet ik doen als mijn telefoon geen 4G ondersteunt?

Zodra het 3G-netwerk wordt uitgeschakeld, kun je ervoor kiezen om een nieuwe telefoon aan te schaffen, maar dat is niet per se nodig. “Wie er bewust voor kiest om een 3G-toestel te houden, kan mobiel blijven bellen en internetten. Dat toestel schakelt dan automatisch naar 2G met een iets lagere geluidskwaliteit en minder snel internet”, vertelt Loman.

Waar KPN en VodafoneZiggo hun 3G-netwerk uitschakelen maar wel 2G houden, trekt T-Mobile in november wel de stekker uit zijn 2G-netwerk. Bezitters van oude telefoons die alleen nog 2G ondersteunen, moeten een nieuw toestel kopen of overstappen naar een andere provider.

Bron: nu.nl

Veldsterkte 5G binnen de limieten

Uit de eerste metingen en berekeningen aan 5G-systemen blijkt dat de blootstelling aan de elektromagnetische velden van losse antennes en gebruikerstoestellen lager is dan de limieten die de Europese Unie aanbeveelt. Daarnaast is de verwachting vanuit de bestudeerde literatuur dat het aantal bronnen van elektromagnetische velden zal toenemen. Ook is sprake van toenemend gebruik van datacommunicatie. In welke mate de blootstelling ten opzichte van de limieten wijzigt, is nu niet met zekerheid te voorspellen. Fabrikanten en operators moeten zich altijd houden aan de blootstellingslimieten. Dit staat in het onderzoek van het RIVM en Agentschap Telecom.

Uit het rapport blijkt dat het belangrijk is om de ontwikkelingen te blijven volgen om duidelijk te krijgen wat de veldsterkte is als 5G-systemen in gebruik zijn genomen. Agentschap Telecom heeft voor het onderzoek verschillende veldsterktemetingen uitgevoerd bij 5G-testlocaties. Het agentschap blijft metingen uitvoeren tijdens de introductie van 5G. Op deze manier wil het agentschap duidelijkheid bieden over de huidige en verwachte veldsterktes op 5G-locaties en hoe deze waarden zich verhouden tot de geldende blootstellingslimieten.
Angeline van Dijk, directeur-hoofdinspecteur van Agentschap Telecom: “5G is de nieuwe generatie mobiele telecommunicatie en draagt bij aan economische groei en innovatie. Ook in deze ontwikkeling staat de veiligheid voorop. Daarom hebben wij het RIVM gevraagd de wetenschappelijke literatuur over blootstelling aan 5G in kaart te brengen. Fabrikanten en operators zijn nu en na de introductie van 5G verplicht zich aan de limieten te houden. Het onderzoek bevestigt dat het belangrijk is dat ze rekening houden met meer apparaten en andere antennetechnieken.”

Ontwikkeling standaarden
Agentschap Telecom draagt op internationaal niveau bij aan het ontwikkelen van de standaard voor het meten van elektromagnetische velden. In samenwerking met verschillende kennisinstellingen wordt verder onderzocht hoe het 5G-landschap zich zal ontwikkelen, hoe de veldsterkte zich ontwikkelt en hoe deze het beste gemeten kan worden.
Over het onderzoek
Het onderzoek is uitgevoerd om meer kennis op te doen over elektromagnetische velden van 5G. Voor dit onderzoek heeft het RIVM in opdracht van Agentschap Telecom de peer-reviewed wetenschappelijke literatuur over blootstelling en eventuele gezondheidseffecten van 5G-systemen onderzocht. Daarnaast heeft Agentschap Telecom, in samenwerking met het RIVM, veldsterktemetingen uitgevoerd bij 5G-testopstellingen.

bron: agentschaptelecom

ACM geeft mobiele operators vier weken om roaming op orde te krijgen

‘Roam like at home’ betekent dat de mobiele dienstverlening in andere EU-landen net zo goed moet zijn als in Nederland en dat telecombedrijven dus geen lagere internetkwaliteit mogen aanbieden in het buitenland. Dat benadrukt ACM in een nieuwsbericht waarin het aanbieders van roamingdiensten tot de voorjaarsvakantie de tijd geeft om de buitenlandse dienstverlening op hetzelfde niveau te krijgen als in het binnenland.
Uit onderzoek van ACM blijkt dat niet alle aanbieders zich aan de eis houden die zegt dat roaming binnen de EU onder dezelfde voorwaarden als thuis moet worden aangeboden. Als 4G beschikbaar is, dan moet de operator dat ook aan zijn klant aanbieden als deze dat thuis ook afneemt. ACM geeft telecomaanbieders vier weken de tijd om ervoor te zorgen dat ze zich voortaan aan de regels houden.

Klanten betalen voor 4G
ACM heeft onderzoek gedaan naar de kwaliteit van roaming-diensten tijdens verblijf in het buitenland. Hieruit blijkt dat een aantal aanbieders zich niet altijd aan deze regels houdt. Het komt wel eens voor dat 4G nog niet in elk gebied beschikbaar is, waardoor 3G of zelfs 2G wordt gebruikt, verklaart de toezichthouder. Maar uit het onderzoek van ACM blijkt ook dat aanbieders soms geen 4G bieden terwijl dat wel beschikbaar is. Dat betekent dat Nederlandse klanten in die gevallen wel betalen voor 4G-diensten, maar daar geen gebruik van kunnen maken in het buitenland.
Henk Don, bestuurslid ACM: ‘[…] We willen dat aanbieders er voor de start van de voorjaarsvakantie voor zorgen dat ze de beste kwaliteit mobiel internet bieden die beschikbaar is […]’

Bron: telecompaper

KPN begonnen met vervanging mobiele sites, apparatuur van Huawei

KPN moderniseert het radionetwerk met apparatuur van Huawei. Na een fase van voorbereidingen is de vervanging echt van start gegaan. De eerste mobiele sites zijn inmiddels omgebouwd naar nieuwe apparatuur, in de regio Den Haag. KPN gaat de huidige apparatuur in heel Nederland vervangen, om de groei van 4G in goede banen te leiden en om 5G te kunnen lanceren.

Per mobiele site wordt alle apparatuur van het dak getakeld en in één keer vervangen, met antennes, radio’s, baseband en voeding/noodstroom. KPN voert een ‘vendor swap’ uit, want het huidige radionetwerk is van Ericsson. Veel sites zijn in 2013 en 2014 neergezet voor de landelijke uitrol van 4G. Deze apparatuur is echter nog niet 5G-ready en moest dus sowieso vervangen worden.
Bij de presentatie van de derde kwartaalcijfers heeft KPN een aantal kenmerken genoemd. De nieuwe apparatuur verwerkt zes tot acht banden per antenne, met meer capaciteit tegen lagere operationele kosten. 95 procent van de sites wordt aangesloten op glasvezel, met een backhaul van 10 Gbps (wat voorlopig genoeg is, maar kan worden vergroot). Voor de 3,5 GHz frequenties wordt een aparte M-MIMO antenne bijgeplaatst, maar die band is ook nog niet beschikbaar. Dat wordt waarschijnlijk niet eerder dan eind 2022.

Huawei in april genoemd
KPN heeft in april de keuze voor Huawei naar buiten gebracht, vertelt een woordvoerder. KPN heeft een langdurig selectieproces gehouden en verschillende leveranciers bekeken. Huawei heeft volgens KPN de beste apparatuur met de grootste capaciteit en de beste prijs-kwaliteitverhouding.
Op dat moment was al lang bekend dat de overheid werkt aan wetgeving voor de beveiliging van 5G-netwerken. KPN heeft daarop geanticipeerd: het mobiele radionetwerk komt van Huawei, maar het mobiele core-netwerk niet. Dat komt van een westerse leverancier. Welke dat is, heeft KPN nog niet bekendgemaakt.
Daarnaast zal KPN nog andere maatregelen nemen, maar een groot deel daarvan is cybersecurity-vertrouwelijk. Begin juli heeft het ministerie van Justitie en Veiligheid het beleid voor de beveiliging van 5G gepresenteerd. Dat beleid wordt op dit moment uitgewerkt in een algemene maatregel van bestuur (AMvB). Die wordt in 2020 verwacht.

KPN voert multivendor-beleid
KPN zal zich houden aan die regels en ziet dus nu al geen beletsel voor de keuze van een Huawei radionetwerk. En ook niet alleen in het RAN. KPN heeft enkele jaren geleden het vaste core netwerk en het transportnetwerk vernieuwd met Huawei en OSS/BSS vervangen. Het vaste aansluitnetwerk bevat veel Nokia (Alcatel-Lucent), zowel voor het huidige netwerk als voor het nieuwe GPON.
T-Mobile wilde niet inhoudelijk reageren op vragen over zijn mobiele netwerk. Het merk gebruikt apparatuur van Huawei, zowel in Radio als in Mobiele Core. VodafoneZiggo heeft een radionetwerk en een mobiel core-netwerk van Ericsson.

Bron: telecompaper

Deutsche Telekom speculeert weer over verkoop T-Mobile NL

Deutche Telekom gaat mogelijk de verkoopplannen voor T-Mobile Nederland uit de mottenballen halen. De Nederlandse dochter wordt in 2020 mogelijk naar de beurs gebracht of verkocht. Volgens het Duitse zakenblad Manager Magazin wil DT een aantal bedrijfsonderdelen in de etalage zetten om geld in kas te krijgen. Het tijdschrift baseert zich voor zijn informatie op ingewijden. In 2014 en 2015 waren er ook hardnekkige geruchten over een verkoop van T-Mobile NL.

Manager Magazin stelt dat de verkoop van T-Mobile Nederland – sinds begin dit jaar samengegaan met Tele2 NL – de meest veelbelovende optie is om de kas te spekken. De Nederlandse dochter zou ‘strategisch irrelevant’ zijn omdat het in Nederland vooral bekendstaat om zijn mobiele abonnementen (5,1 mln postpaid, 600.000 prepaid). Ook met Tele2 erbij heeft T-Mobile veel minder abonnees op vaste diensten (circa 600.000). Deutche Telekom wil vooral een vast-mobiele operator worden.

T-Mobile NL wil vast-mobiele speler worden
Overigens wil T-Mobile de komende jaren vaste diensten (Uit & Thuis) op glasvezel uitrollen naar 2,2 miljoen huishoudens in 2021. Het multi-play aanbod Uit & Thuis (vast en mobiel samen) werd eind oktober 2019 geïntroduceerd. In Den Haag is T-Mobile al bezig met glasvezel-dienstverlening. Via de netwerken van KPN en Ziggo moeten de voornoemde 2,2 miljoen huishoudens bereikt gaan worden.
Deutsche Telekom heeft 75 procent van T-Mobile Nederland in bezit, de rest is sinds de fusie van T-Mobile NL en Tele2 NL in handen van de Tele2 Groep. Behalve over T-Mobile Nederland denkt DT na over de toekomst van zijn minderheidsbelang in antennemastenbeheerder Deutsche Funkturm. Dat zou zo’n 9 miljard euro waard zijn. Hoeveel T-Mobile Nederland zou moeten opbrengen is niet bekend.

Eerdere verkoopplannen
In december 2015 schrapte Deutsche Telekom eerdere verkoopplannen voor T-Mobile Nederland. Er zou tijd genomen worden om meerdere scenario’s te onderzoeken. Sindsdien werd over een verkoop niet meer gesproken, tot nu.

Bron: telecompaper

Duitse overheid investeert EUR 1,1 miljard in rurale mobiele dekking

De Duitse regering heeft een aantal punten opgesteld om haar mobiele netwerkstrategie te bepalen. Het plan voorziet tot 2024 onder andere in een investering van EUR 1,1 miljard om mobiele netwerkdekking van zogenoemde witte vlekken te verzorgen. Dat vertelde de staatssecretaris van het Federale Ministerie van Transport en Digitale Infrastructuur Steffen Bilger aan de Stuttgarter Zeitung.

De overheid is van plan om 5.000 mobiele zendmasten te laten bouwen door een openbaar infrastructuurbedrijf. Dit volgt op een eerdere besluit van de Duitse overheid om op plekken die voor de commerciële providers niet rendabel zijn een publiek netwerk uit te rollen. Die landelijke, publieke, MNO komt er niet, maar wel een publiek netwerk in de betreffende onrendabele gebieden. De commerciële providers kunnen vervolgens, tegen betaling, gebruik maken van het publieke netwerk om hun eigen netwerkdekking in die gebieden te verbeteren.

Strengere dekkingsverplichting voor providers
Tegenover het ochtendprogramma Moma verklaarde Kanzleramtminister Helge Braun dat de mobiele dekkingsgraad in Duitsland momenteel rond de 93 procent ligt. De vele witte plekken, met name in rurale gebieden, wijt hij aan falende regels en afspraken met betrekking tot de dekkingsverplichting die ten tijde van de 3G (UMTS) veiling ingesteld zijn.

Bij de 5G-frequentieveiling zijn de leveringsvoorwaarden voor providers verscherpt, zo vervolgde Braun. Providers die 5G-licenties hebben verworven, worden nu verplicht om een mobiel netwerk een dekkingsgraad van 99 procent te leveren. “De resterende 1 procent zal gerealiseerd worden door de investering vanuit de overheid”, daarmee doelend op het besluit om 5000 publieke zendmasten te bouwen.

Publieke infrastructuur
Het publieke infrastructuurbedrijf zal subsidies ontvangen van de staat ter waarde van EUR 5 miljoen om volgend jaar vanaf Q3 te kunnen functioneren, zo meldt Wiwo.de. Het bedrijf wordt een dochteronderneming van Toll Collect dat nu verantwoordelijk is voor de tolheffing voor vrachtverkeer op de Duitse (snel)wegen en een eigen raad van toezicht heeft. Een adviesraad, gevormd door vertegenwoordigers van de overheid, federale staten en gemeenten zal het werk van de openbare onderneming ondersteunen.
Daarnaast wil de regering de komende jaren een communicatiecampagne lanceren om de publieke steun voor de bouw van mobiele masten te bevorderen. Het doel van de campagne is om “transparante en neutrale” informatie te geven over de ontwikkelingen in mobiele communicatie en een diepgaande dialoog met het publiek aan te gaan.

Momenteel heeft Duitsland 74.000 mobiele sites nodig.
Een ander probleem dat de Duitse overheid aan wil pakken, is de goedkeuringsperiode voor het bouwen van mobiele sites. Momenteel kost dat gemiddeld 18 maanden. Vorige week kondigden Deutsche Telekom, Telefonica en Vodafone een partnerschap aan om 6000 mobiele sites te bouwen om de breedbanddekking te verbeteren.

Bron: telecompaper

EU: nieuwe bedreigingen voor 5G-netwerken snel aanpakken

De uitrol van 5G-netwerken zorgt voor nieuwe bedreigingen en kwetsbaarheden waarvoor tijdig maatregelen genomen moeten worden. De toenemende afhankelijkheid van mobiele operators van een beperkt aantal netwerkleveranciers kan de risico’s van cyberaanvallen, al dan niet gesteund door staten, doen toenemen. Dat zijn de belangrijkste conclusies van een rapport van de EU-lidstaten, de Europese Commissie en het Europees Agentschap voor cyberveiligheid (ENISA).

De gecoördineerde EU-risicobeoordeling over cyberveiligheid in 5G-netwerken is volgens de EU een belangrijke stap in de uitvoering van een aanbeveling van de Commissie die in maart 2019 is aangenomen. De EC stelde toen maatregelen voor om een hoog niveau van cyberbeveiliging van 5G-netwerken in de EU te waarborgen. Daarop hebben EU-lidstaten een eigen risicobeoordeling gemaakt die mede als basis voor het rapport is gebruikt.
Dit gebeurde mede naar aanleiding van alle commotie die is ontstaan over de veiligheid van netwerken van Chinese leveranciers zoals Huawei en ZTE, met name aangewakkerd door de VS. Overigens worden er geen namen van netwerkleveranciers of landen genoemd, maar in het recente verleden is met name op China, Rusland en Noord-Korea gewezen als statelijke actoren die kwaadwillende hackerscollectieven ondersteunen of zelfs aansturen.

In Nederland worden vooralsnog geen maatregelen getroffen om met name Huawei te weren, ondanks zorgen hierover bij de Tweede Kamer. Wel heeft KPN besloten om de netwerkleverancier bij de aanleg van een 5G-netwerk alleen randapparatuur te laten leveren, niet de kern van het netwerk. Dit geldt ook voor landen als het Verenigd Koninkrijk, waar de overheid dit heeft besloten. Eerder dit jaar was er nog ophef over potentiële spionage met behulp van Huawei-apparatuur via de klantsystemen van operators zoals KPN.

Solide risico-aanpak, preventie
Het belang van een solide risico-aanpak en preventieve maatregelen ter bescherming van 5G-netwerken zijn volgens het rapport een must. Deze netwerken vormen de toekomstige ruggengraat van steeds meer gedigitaliseerde economieën en samenlevingen. Miljarden verbonden objecten en systemen zijn betrokken, ook in kritieke sectoren zoals energie, transport, bankwezen en gezondheid, evenals industriële controlesystemen die gevoelige informatie bevatten en veiligheidssystemen ondersteunen.
Het waarborgen van de veiligheid en veerkracht van 5G-netwerken op EU- en nationaal niveau is daarom van essentieel belang, aldus de opstellers van het rapport. De inhoud is gebaseerd op de resultaten van de nationale cyberveiligheidsbeoordelingen door alle EU-lidstaten. Het identificeert de belangrijkste bedreigingen en bedreigingsactoren (zoals hackerscollectieven, al dan niet door staten gesteund), de meest gevoelige activa, de belangrijkste kwetsbaarheden (inclusief technische en andere soorten kwetsbaarheden) en een aantal strategische risico’s.

Aantal belangrijke veiligheidsuitdagingen
Het rapport identificeert een aantal belangrijke beveiligingsuitdagingen in 5G-netwerken, vergeleken met de situatie in bestaande (4G)-netwerken. Deze beveiligingsuitdagingen komen vooral voort uit:
Belangrijke innovaties in de 5G-technologie (die ook een aantal specifieke beveiligingsverbeteringen opleveren), met name het belangrijke deel van software (SDN) en het brede scala aan diensten en toepassingen die mogelijk worden door 5G;
De rol van leveranciers bij het bouwen en exploiteren van 5G-netwerken en de mate van afhankelijkheid van individuele leveranciers.
Als veiligheidsrisico’s worden genoemd:
Een verhoogde blootstelling aan aanvallen en meer potentiële toegangspunten voor aanvallers: met 5G-netwerken die steeds meer software-gebaseerd zijn, worden risico’s van grote beveiligingsfouten, (zoals risico’s die voortvloeien uit slechte softwareontwikkelingsprocessen bij leveranciers), steeds belangrijker. Ze kunnen het voor bedreigingsactoren (zoals hackers) ook makkelijker maken om zelf achterdeuren in producten te bouwen en ze moeilijker te vinden maken.
Vanwege nieuwe kenmerken van de 5G-netwerkarchitectuur en nieuwe functionaliteiten worden bepaalde netwerkapparatuur of -functies gevoeliger, zoals basisstations of belangrijke technische beheerfuncties van de netwerken.
Een verhoogde blootstelling aan risico’s in verband met de afhankelijkheid van mobiele operators van een beperkt aantal netwerkleveranciers. Dit zal ook leiden tot een groter aantal aanvalspaden die kunnen worden uitgebuit door bedreigingsactoren en de potentiële ernst van de impact van dergelijke aanvallen vergroten. Van de verschillende potentiële actoren worden niet-EU-staten of door de staat gesteunde hackergroepen beschouwd als de ernstigste en meest waarschijnlijke doelgroepen van 5G-netwerken.
In deze context van verhoogde blootstelling aan door leveranciers gefaciliteerde aanvallen, zal het risicoprofiel van individuele leveranciers bijzonder belangrijk worden, inclusief de kans dat de leverancier wordt beïnvloed door een niet-EU-land.
Verhoogde risico’s door grote afhankelijkheden van leveranciers: een grote afhankelijkheid van één enkele leverancier verhoogt blootstelling aan de mogelijke onderbreking van levering van benodigde netwerkcomponenten – zoals door productieproblemen – en de gevolgen daarvan. Het verergert ook de potentiële impact van zwaktes of kwetsbaarheden in software, en van hun mogelijke uitbuiting door bedreigingsactoren, met name wanneer de afhankelijkheid betrekking heeft op een leverancier met een hoog risico.
Bedreigingen voor de beschikbaarheid en integriteit van netwerken zullen grote beveiligingsproblemen worden: naast vertrouwelijkheids- en privacy-bedreigingen worden 5G-netwerken naar verwachting de ruggengraat van vele kritieke IT-toepassingen, maar de integriteit en beschikbaarheid van die netwerken zullen grote nationale beveiligingsproblemen worden en een grote veiligheidsuitdaging vanuit EU-perspectief.

Nieuwe beoordeling beveiligingskader mobiele sector
Samen vormen deze uitdagingen een nieuw veiligheidsparadigma, waardoor het noodzakelijk is het huidige beleids- en beveiligingskader voor de mobiele sector en het omringende ecosysteem opnieuw te beoordelen. Het is volgens het rapport essentieel voor EU-lidstaten om de nodige mitigerende maatregelen te nemen.
Om het rapport van de lidstaten aan te vullen, is het European Agency for Cybersecurity (ENISA) bezig met het verder in kaart brengen van het dreigingslandschap met betrekking tot 5G-netwerken, waarin bepaalde technische aspecten die in het rapport worden behandeld, nader worden bekeken.
Tegen 31 december 2019 moet de samenwerkingsgroep overeenstemming bereiken over een reeks instrumenten met mitigerende maatregelen om de geïdentificeerde cyberveiligheidsrisico’s op nationaal en EU- niveau aan te pakken.
Tegen 1 oktober 2020 moeten de lidstaten – met de Commissie – de effecten van de aanbeveling beoordelen om te bepalen of verdere actie nodig is. Bij deze beoordeling moet rekening worden gehouden met de resultaten van de gecoördineerde Europese risicobeoordeling en met de effectiviteit van de maatregelen.

Bron: telecompaper

‘5G-antennes verrommelen straatbeeld’ Gemeenten keren zich tegen verplichting straatmeubilair open te stellen voor 5G-infrastructuur.

Zeker tien gemeenten hebben bezwaar aangetekend tegen de voorgestelde aanpassing van de telecomwet waarin telecomaanbieders toegang moeten krijgen tot straatlantaarns, stoplichten en gemeentegebouwen om hun 5G-antennes in te verwerken.

De gemeenten vrezen een verrommeling van het straatbeeld en protesten van burgers als gevolg van de veronderstelde toename van gezondheidsrisico’s. Dat blijkt uit een inventarisatie die het Financieele Dagblad (fd.nl) heeft gemaakt naar aanleiding van een consultatieronde.

Naast de genoemde bezwaren zien de gemeenten ook problemen met het beheer van de gemeentelijke infrastructuur. Wat gebeurt er als er een bushokje moet worden verplaatst waarop een 5G-antenne is geplaatst? Een toename van de administratieve lasten en dus extra kosten.

Weinig behoefte aan bushokjes
De telecomaanbieders denken dat het allemaal niet zo’n vaart zal lopen. De forse uitbreiding van het aantal antennes is alleen noodzakelijk wanneer op grote schaal van de hoogste frequentie (26 GHz) gebruikt gemaakt wordt. Dat zijn ze niet van plan. Alleen op heel drukke punten en bijvoorbeeld bij evenementen is de inzet van de extra capaciteit die 26 GHz biedt, van belang. Voor de overige 5G-toepassingen komen frequenties beschikbaar die in veel gevallen met antennes op de bestaande opstelpunten kunnen worden gebruikt.

Het gebruik van straatmeubilair is ook niet aantrekkelijk voor de telecomaanbieders, zo is gebleken uit praktijkproeven. De projectleider 5G van Vodafone zegt in het FD eens dagen gezocht te hebben naar een ‘small cell’-antenne die was geplaatst in een lantaarnpaal. De paal was omver gereden. De voorkeur gaat uit naar opstelpunten waarvan de infrastructuur in eigen beheer is.

Bron: agconnect.nl